Sport Governance : Interview Pierre-Olivier Beckers
Over sport, waarden, verantwoordelijkheid en goed bestuur
Hoe zorg je ervoor dat het sportbestuur de waarden van de sport ook echt belichaamt?
Die vraag legde Sandra Gobert, gedelegeerd bestuurder van GUBERNA, voor aan Pierre-Olivier Beckers, ondervoorzitter van het Internationaal Olympisch Comité. In de GUBERNA-studio gingen ze in gesprek over de manier waarop sportfederaties vandaag evolueren, met meer verantwoordelijkheden en hogere verwachtingen dan ooit. Een gesprek over principes, druk en de noodzaak om ook als bestuur geloofwaardig te blijven.
Bestuur in de sport: tussen engagement en verantwoordelijkheid: van vrijwilligerswerk naar ethisch kader
Waar geen duidelijke regels gelden, ontstaan schandalen.
“Sport steunde lang op vrijwilligerswerk en goede wil, maar dat volstaat vandaag niet meer. Sport staat voor respect, fair play en verbondenheid, “zegt Beckers. “Dan is het logisch dat ook het bestuur die sportieve waarden uitdraagt.”
Financiële druk als hefboom voor verandering
In sommige sportdisciplines circuleren vandaag gigantische geldbedragen. Dat vergrootte niet alleen de zichtbaarheid, maar ook de kwetsbaarheid van het systeem. Want zodra geld belangrijk wordt, vergroot ook de kans dat wantoestanden komen bovendrijven. Denken we maar aan belangenvermenging, machtsmisbruik of een schrijnend gebrek aan toezicht.
Volgens Beckers is dat een kantelmoment. Vandaag is publieke financiering onlosmakelijk verbonden met duidelijke voorwaarden rond transparantie en verantwoording. Het internationale SIGGS-kader, dat focust op sportintegriteit, werd daar niet toevallig voor in het leven geroepen.
Oorspronkelijk werden veel sportfederaties geleid door kleine groepen vrijwilligers. Mensen die zich keihard inzetten, maar weinig affiniteit hebben met de verplichtingen die bij een professioneel bestuur horen. Loyaliteit en openheid waren vaak geen prioriteit, simpelweg omdat niemand erom vroeg.
Vrijwilligers aan het stuur, waardevol maar niet vanzelfsprekend
Geëngageerde vrijwilligers leidden jarenlang de sportfederaties. Dat blijft een sterkte, zegt Beckers, maar het heeft ook grenzen. Vrijwillig engagement mag geen excuus zijn om professionalisering uit te stellen. Bestuurders moeten weten wat hun rol is en hun verantwoordelijkheid opnemen. Dat besef groeit. De rol van bestuursorganen is intussen uitgezuiverd en versterkt.
Besturen vertrekt bij de missie
“Zonder een duidelijke missie en visie is goed bestuur onmogelijk.”
Pierre-Olivier Beckers: “Bestuursprincipes zijn geen abstracte afspraken, ze moeten geworteld zijn in het waarom van een organisatie. Sportfederaties die hun bestaansreden scherp definiëren, bouwen daarmee niet alleen legitimiteit op, maar versterken ook de relevantie van hun bestuur. Alleen dan kun je als raad van bestuur afgewogen beslissingen nemen die stroken met wat de samenleving verwacht.”
Bij de samenstelling van zo’n bestuur mag het, volgens Beckers, niet blijven bij formele vertegenwoordiging. Het draait om gedeelde waarden, onbetwiste integriteit én om diversiteit. Leeftijd, gender, ervaring, achtergrond. Elk bestuurdersprofiel voegt iets toe aan het collectieve denkproces. Volgens Beckers is die diversiteit essentieel. Je raad van bestuur denkt met je mee, is jouw toetssteen, je moreel kompas.
Integriteit is daarbij onmisbaar. Zonder integriteit geen vertrouwen, zonder vertrouwen heb je geen goed bestuur.
Dat vertrouwen moet leven tussen federaties, partners, beleidsmakers en de bredere samenleving. Daar ligt de echte link tussen sport en maatschappij. De Code Goed Bestuur hielp om die wederzijdse verwachtingen helder te maken. Ze maakte ook komaf met het klassieke mecenaatdenken waarin sponsors en bestuur los van elkaar stonden.
Als ook bestuur moet presteren
Sandra Gobert vraagt naar de verschillen tussen sport en corporate governance.
Beckers zegt dat de druk in de sport anders werkt. Topsporters leven toe naar piekmomenten. De stress is er, maar wordt gestuurd. Dat model kan ook buiten de sport inspireren. Werkritmes die schakelen tussen intensiteit en herstel kunnen burn-outs voorkomen en motivatie versterken.
Een duurzame en inclusieve toekomst
De sociale dimensie van ESG is geen theoretisch verhaal in de sport. Sport verbindt mensen, over hun onderlinge verschillen heen. In een verdeelde wereld is dat geen detail, merkt Gobert op. Ook op ecologisch vlak nemen federaties meer verantwoordelijkheid. Beckers verwijst trots naar de Olympische Spelen van Parijs, waar de CO2-uitstoot met vijftig procent werd teruggedrongen in vergelijking met vorige edities.
Groot of klein, elke organisatie kan haar verantwoordelijkheid nemen. Lokale sportclubs bewijzen dat elke dag. Samenwerking zit daar vaak dieper ingebed dan in grote structuren. In sport win je zelden alleen. Dat geldt ook voor goed bestuur.
Bestuur is geen sprint, maar een marathon. Je bouwt het progressief op, met zin voor realiteit en bescheidenheid. Enkel zo haal je de eindmeet.